Als het aan de kat zelf lag, kocht ze slachtafval

Onderstaand artikel heb ik geschreven voor het Dagblad van het Noorden
De kat is het populairste huisdier in Nederland; bijna een kwart van de huishoudens heeft één of meerdere exemplaren: samen zo’n 2,6 miljoen. Toch weten velen amper wat een kat nodig heeft, bijvoorbeeld als het gaat om voeding. Marilyn Bakker uit Veendam, oprichter van Catmoneo, heeft er haar werk van gemaakt om mensen wijzer te maken – en daarmee hun katten gezonder en gelukkiger.

Het begon allemaal in 2016 met Lapje, haar eigen kat. Die werd met haar destijds 14 jaar een echte senior. ,,Voor het eerst vroeg ik me af: is haar voeding wel passend bij haar leeftijd? Wat heeft een kat überhaupt nodig in zijn eten?”

In tegenstelling tot de semi-carnivore hond, die ook kan overleven op een plantaardig dieet, heeft een kat als carnivoor vlees nodig. Dit betekent dat katten voldoende dierlijke eiwitten in hun voeding moeten hebben. Ze zijn bovendien niet in staat om voedingsstoffen zoals taurine, arginine en arachidonzuur zelf aan te maken. Daarom moeten deze ook in hun eten zitten.

Waarom voeren we droge brokken?

En daar komt het grote vraagteken in beeld, wat Bakker betreft. Waarom voert heel Nederland de kat droge brokken? ,,Dat slaat feitelijk nergens op. Kijk naar wat een kat in het wild eet: een muis bijvoorbeeld is rijk aan vocht, vet en eiwit, daar is de evolutie op gebaseerd. Die brokjes, daar is een kattenlichaam helemaal niet op gebouwd.”

In haar queeste naar optimale voeding stuitte ze op nog meer vragen. Waarom zitten er zoveel koolhydraten in kattenbrokken, iets wat het dier totaal niet nodig heeft? Hoe zit het met suikers? Waarom adviseert een dierenarts altijd een bepaald merk – en sowieso droge brokken, zelfs als het om een nierprobleem gaat waarbij vocht essentieel is? Waarom geven we onze kat niet meer natvoer? Granen en groente in de brokjes, waar is dat goed voor?

Marilyn Bakker.
Marilyn Bakker. Foto: Harry Tielman

,,Voeding voor mensen bevat een duidelijk etiket waarop niet alleen de ingrediënten, maar ook de percentages ervan vermeld staan. Dat is voor dierenvoeding niet verplicht. De meeste kattenvoeding is heus oké, als je uitgaat van minimale voorwaarden. Maar ik houd me bezig met de vraag wat optimaal is.” Lachend: ,,Vergelijk het met mensen die de hele dag fastfood eten en er dan een vitaminepil bij nemen. Dan blijf je heus in leven, maar is het gezond?”

Zo weinig mogelijk groente

Ook volgens Wouter Hendriks, hoogleraar Diervoeding aan de universiteiten van Wageningen en Utrecht, heeft natvoer de voorkeur omdat dit het dichtst in de buurt komt van wat een kat van nature eet. Optimaal voer bevat volgens hem veel vocht, veel eiwit en zo weinig mogelijk groente, kruiden en koolhydraten zoals zetmeel. ,,Brokken zijn in principe ook goed, maar niet ideaal voor een kat”, aldus de hoogleraar.

Bakker ontdekte dat zij niet de enige was die voor veel verrassingen kwam te staan. Andere voedingsdeskundigen op kattengebied zijn in Nederland letterlijk op één hand te tellen; in het Noorden is zij de pionier. Sinds ze online voedingslijsten en trainingen over dit onderwerp aanbiedt, weten steeds meer katteneigenaren haar te vinden.

In de training Super Foods voor katten leren de cliënten bijvoorbeeld hoe een etiket te lezen, wat een voeding goed of slecht maakt en hoe je dit alles perfect afstemt op je eigen dier.

Als het aan de kat zelf lag, kocht ze slachtafval, stelt de Consumentenbond in een artikel over voeding voor de kat. ,,In de supermarkt blijkt echter dat de menselijke smaak bepalend is voor het assortiment kattenvoer. Kip en rund zie je terug in de blikken kattenvoer. Smaken als ‘stukjes muis in gelei’ of ‘koolmees in saus’ zouden waarschijnlijk gepaster zijn. Maar dat klinkt de baasjes niet fijn in de oren.”

We doen onze dieren vreselijk tekort

Wat Bakker betreft, is er een enorme slag te slaan. ,, We doen onze dieren vreselijk tekort”, stelt de voedingsdeskundige onomwonden. ,,Met het soort voer dat we ze geven maar ook met de frequentie. Ik zie nog vaak dat katten maar één of twee keer per dag eten krijgen. Dat is dus echt heel slecht en gaat tegen hun natuurlijke behoefte in.”

Dierenartsen en paraveterinairen krijgen in hun jarenlange opleiding één semester les over voeding, stelt de Veendamse. ,,Ik ontdek na zeven jaar studie nog steeds heel veel nieuws. Bovendien, de grote merken als Hills en Royal Canin zijn niet voor niets overal vertegenwoordigd, zij verzorgen veel lessen en beïnvloeden zo de dierenartsen in hun beeldvorming over goede voeding. Het is een perfecte marketingtechniek. Er is in die zin veel winst te behalen met opleiding en het verspreiden van kennis.”

Als het aan de kat lag...
Als het aan de kat lag… Foto: Harry Tielman

Kijk naar de huisarts, stelt Bakker: een generalist die doorverwijst naar specialisten als dat moet. ,,Zo moet je een dierenarts ook beschouwen, als een generalist. Als het gaat om voedingsadvies, ga je als mens toch ook naar een diëtist?”